Beschrijving
De Vitis Vinefera Vroege van der Laan is een oude druivensoort die zeer goed geschikt is voor ons klimaat. De struik van de Vroege van der Laan geeft heerlijk zoete, witte middelgrote duiven en is goed ziekteresistent, winterhard en zelfbestuivend.
De witte druif ‘Vroege van der Laan’ bloeit in april tot mei met onopvallende kleine bloemetjes. De druiven verschijnen in de zomer en kunnen vanaf eind augustus worden geoogst.
De witte druif “Vroege van der Laan” houdt er niet van om permanent op natte grond te staan. De beste plaats is in de zon, bij voorkeur tegen een gevel, schutting of andere structuur. Hoe meer zon de druif krijgt, hoe meer druiven hij zal dragen en hoe zoeter de druiven afrijpen. De witte druif “Vroege van der Laan” kan een maximale hoogte van 4 meter bereiken. Het heeft een structuur nodig om op te klimmen. Het kan worden bevestigd met touwtjes of met behulp van een frame.
Om ervoor te zorgen dat de druiven goed kunnen rijpen, kunnen de bladeren rond de vruchten een paar weken voor de oogst worden verwijderd. Op die manier krijgen de druiven de meeste zon en rijpen ze sneller. Tussen oktober en januari moet u ook alle takken verwijderen, behalve de grootste, om een goede oogst voor het volgende jaar te garanderen.
In uw tuin met allerlei eetbare vruchten kan een druivenstruik niet ontbreken. De druivenstruik heeft een prachtig uiterlijk dat echt karakter geeft aan u uw tuin. De druivenrassen die wij voor u hebben geselecteerd zijn heerlijk van smaak en bewezen bestand tegen ons klimaat en echt een begrip in druivenland: Boskoop Glorie en Vroege van der Laan.
Een stukje geschiedenis
De druif (Vitis vinefera) is oorspronkelijk afkomstig uit het Midden-Oosten. In Nederland vond in de middeleeuwen al wijnbouw plaats. In de vorige eeuw zijn veel wijngaarden ten prooi gevallen aan de druifluis, die 90% van de stokken heeft aangetast. De druif heeft voor een goede rijping veel zon en warmte nodig, en wordt daarom doorgaans in kassen gekweekt.
De productiekosten van verwarming maakten de professionele teelt hier steeds minder rendabel, waardoor het aantal producenten nog verder afnam. In Oost-Nederland, Zuid-Limburg en België zijn wel (weer) wijngaarden te vinden, waar vooral nieuwe druivensoorten geteeld worden die beter tegen ons koele klimaat bestand zijn en vroeger rijpen. Voor huis- tuin- en keukengebruik is het goed mogelijk een druif aan te planten, en daar ook nog druiven van te oogsten. Er zijn goede winterharde en vroegrijpende rassen te koop zoals de Boskoops Glorie en de Vroege van der Laan. De druif is een bladverliezende plant, die geleid moet worden. Stelt u zichzelf eens voor een pergola met heerlijke druiven in uw eigen tuin!
Verzorging
Een druivenstruik heeft een zonnige plaats in uw tuin nodig. De zon zorgt voor de rijping van de vruchten dus onontbeerlijk. De bodem die de druif nodig heeft is los van structuur en bij voorkeur niet te nat en humusrijk! Ze hebben een hekel aan natte voeten, zware klei of echt zure grond. Het beste groeien ze op een kalkrijke, kleiachtige grond, of een humushoudende zandgrond. Als dat nodig is moet dus voor het planten voldoende compost of ander organisch materiaal in en rond het plantgat aangebracht worden, of, als de grond te zuur is, een kalkhoudende meststof. Het plantgat moet voldoende ruim zijn, zodat de wortels goed gespreid kunnen worden. Bij het planten kan alvast gekeken worden hoe de takken zich ontwikkelen, en hoe ze straks aangebonden kunnen gaan worden. Tijdens het planten kan de kluit nat gemaakt worden door een extra watergift, of door hem te dompelen in een emmer water. Plant de druif net zo diep als hij op de kwekerij stond, en vul het plantgat aan. Na het planten de grond rondom de plant voorzichtig aandrukken. Laat de grond eerst enkele weken inklinken voordat de gesteltakken aangebonden worden. De takken kunt u het beste gelijk goed geleiden zodat u de juiste vorm krijgt maar wellicht belangrijker voldoende zon op alle takken.
In het voorjaar kan de druif bemest worden met bijvoorbeeld gedroogde koemest (iets verzurend) of bloed- of beendermeel (voor meer kalk in de grond) als de grond te zuur is. De meststof moet in ieder geval veel calcium en kalium bevatten. Dit zorgt voor een goede vruchtvorming. Bij een tekort aan voedingsstoffen (of te weinig zonuren) komt de vruchtzetting niet goed op gang.
Begin juli bloeit hij met kleine gele bloemetjes, die door bijen bezocht worden. In de loop van juli beginnen zich de druiventrosjes te ontwikkelen. Nu duimen op veel zon!
Het snoeien van druiven lijkt enorm ingewikkeld. Het valt echter reuze mee, wanneer duidelijk is waarom bepaalde handelingen verricht moeten worden. De wintersnoei vindt bij voorkeur plaats tussen half november en begin januari. Maar als het vriest mag er niet gesnoeid worden. De takken scheuren dan makkelijk of kunnen breken.
Een druif mag nooit gesnoeid worden in de periode tussen half januari en april. Dan komt de sapstroom op gang en bestaat het gevaar dat de plant gaat bloeden, soms met fatale afloop. Pas als hij weer volop in het blad staat kan er zonder risico geknipt worden.
Druiven bloeien op eenjarig hout. Om vruchten te krijgen moet er dus voor gezorgd worden dat er jonge scheuten zijn, maar dan vooral niet te veel. In de winter worden daarom door middel van snoeien enkele stevige jonge zijscheuten geselecteerd die vrucht moeten gaan dragen (de leggers). Deze worden aangebonden, waarna alle overbodige takken bij de stam weggeknipt worden. Check eventueel een goede website om nog eens stap voor stap te lezen hoe u het beste kunt snoeien.
Informatie
Latijnse naam: Vitis Vinefera
Familie: Wijnstokfamilie (Vitaceae)
Type plant: Vaste plant
Winterhardheid: Goed winterhard
Standplaats: De Vitis Vinefera houdt van een warme en zonnige plaats in de tuin. Hoe meer zon, hoe zoeter de druiven. De druivenstruik heeft het liefst een lichtzure grond.
Bloeitijd en oogsttijd: De Vitis Vinefera bloeit al in juli. Met prachtige lichtgele trossige bloemetjes. De eerste vruchten zijn te verwachten eind augustus maar beter laat u de druif zo lang als mogelijk hangen.
Hoogte: afhankelijk van de snoei maar kan de druif in allerlei vormen worden geleid.
Bladverliezend: Ja
Inheems: Nee
Potmaat: P11